Fujisan

We gaan weer richting Tokyo en besluiten om een kleine stop te maken in het plaatsje Fujinomiya. Vanuit dit plaatsje hopen we zicht te hebben op Mount Fuji (Fujisan) de 3776 meter hoge vulkaan met zijn bijna perfecte symmetrische vorm. We hebben de berg een keer vanuit het vliegtuig kunnen zien, maar om de berg vanaf de grond te kunnen bewonderen en zo zijn ware grootte in de juiste verhouding te kunnen zien zou helemaal mooi zijn. We weten dat het in dit jaargetijde moeilijk wordt en dat je veel geluk moet hebben om de berg te kunnen zien. ‘s Morgens maak je dan de meeste kans en dan moeten we dus vroeg op. Om 4:30 uur lopen we naar buiten en zien door de wolken een gedeelte van de westelijke helling als een redelijk scherpe lijn tussen de wollige wolkpartijen. We besluiten geen foto te maken, omdat de rest van de foto gevuld zou zijn met gebouwen en dat is niet mooi in het bedachte beeld. We lopen naar het Mount Fuji Heritage center (prachtig gebouw overigens) om daar het mooie moment te kunnen vastleggen als Fujisan te zien zal zijn.

Helaas hebben we alleen een hele vage top kunnen zien, maar het kan ook zijn dat we het ons verbeeld hebben. (Kunnen ons nog goed herinneren dat we jaren terug in Canada reden tegen de avondschemer om te kijken of er misschien beren te zien zouden zijn. We geloofden dat we in iedere donkere vlek, en in de schemer zijn dat er nogal wat, een zwarte beer meenden te herkennen.) We besluiten zelfs een trein later te nemen, omdat we hopen dat het meer zal opklaren. En dat deed het ook, blauwe luchten kwamen te voorschijn, maar op de plek waar Fujisan te zien zou moeten zijn alleen maar dikke vette wolken en niet eens meer een schrijntje van een helling.

We houden de komende dagen de weersverwachtingen in de gaten en als het weer gunstig is dan nemen we vanuit Tokyo de trein naar Fujinomiya (ritje van ongeveer 2 uur) en proberen we ons geluk nog een keer.  Dit keer dus wat foto’s van het Mount Fuji Heritage Center en Fujinomiya in de vroege uurtjes.

In het plaatsje hebben we twee keer in een klein zaakje gegeten. De man en vrouw waren heel aardig, wij waren de enige klanten de overige in het pand waren kinderen en kleinkinderen die er niet woonden, maar daar kwamen eten. Via het Japan Wat & Hoe boekje probeerden we elkaar te begrijpen. Maar het blijft heel moeilijk, wij spreken de Japanse woorden zo uit dat zij het niet begrijpen en wij kunnen geen koek bakken van de Engelse woorden die zij uitspreken. Maar toch een hele leuke avond gehad waarbij een kleinzoon zijn Engels kon oefenen en wij wat zeevruchten konden proeven die nog niet eerder aan bod waren gekomen, bijvoorbeeld zee-egel.

Bij het ontbijt van het hotel, wat gericht is op de Japanse zakelijke klant, heb ik (John) ook, met hulp van een Japanse tafelgenoot, natto geprobeerd. Natto zijn gefermenteerde bonen, die als je die flink roert met je eetstokjes, schuimig plakkerig worden. Het ziet er niet echt appetijtelijk uit, maar ik wilde het toch proberen. In Japan is het onderdeel van het ontbijt, en schijnt ook heel goed voor de maag te zijn, dus roeren geblazen. Ik heb het niet allemaal opgegeten, aparte smaak en geur, ik was er niet meteen fan van, foto is bijgesloten voor de geur moet je maar je fantasie gebruiken.

Using Format